Rekenmodel houdt reguliere zorg overeind bij tweede golf

Gevel locatie Hoorn

Tijdens de coronacrisis bood ook het Dijklander Ziekenhuis zorg aan tientallen coronapatiënten én bleef urgente zorg beschikbaar. Dit lukte mede dankzij het zogenaamde capaciteitsraamwerk dat werd uitgedacht door een eigen team van artsen en capaciteitsexperts. Met behulp van dit raamwerk is op een doordachte wijze gekozen hoe kon worden opgeschaald voor COVID-19 en welke ‘gewone’ zorg door moest gaan. Ook heeft het geholpen daarna al snel de reguliere zorg weer te schalen.

Ymke Fokma, lid raad van bestuur: ‘Mocht er een tweede golf komen, dan biedt het raamwerk wederom een kader om optimaal personeel in te zetten en de zorg in te plannen om zo op te kunnen schalen voor de COVID-19-zorg met zo min mogelijk impact op de reguliere zorg.’

‘Afgelopen maart zagen we allemaal de beelden uit Italië en Brabant, waar de COVID-19-zorg de reguliere zorg volledig overnam. We hebben toen in het Dijklander meteen gezegd dat we dat vanuit patiëntperspectief niet wenselijk vonden,’ zegt Ymke Fokma. ‘Als ziekenhuis moet je in tijden van schaarste kijken welke patiënten de zorg het meest nodig hebben. Maar als je je dan alleen op COVID-19-patiënten richt en andere patiënten niet meer behandelt, loop je de kans dat patiënten met een hogere overlevingskans de dupe worden.’

Medisch urgentie
Daarom werd besloten de zorg op- en af te schalen op basis van medische urgentie. Het medisch continuïteitsteam, bestaande uit chirurgen, internisten en OK-personeel , kreeg twee vragen voorgelegd: 1) Welke reguliere patiënten moeten direct worden behandeld en welke kunnen even wachten? en 2) Welke volgorde van behandeling hanteren we als de non-COVID-zorg wordt opgeschaald? Per medische urgentieklasse is de benodigde capaciteit (personeel, OK’s, bedden, IC bedden) berekend. Dit was het fundament voor een rekenmodel: het zogenaamde capaciteitsraamwerk. Het maakt afhankelijkheden tussen de capaciteiten van de COVID-19-unit en de IC, OK, poli’s en klinieken inzichtelijk. Het raamwerk geeft bijvoorbeeld antwoord op vragen zoals ‘Hoeveel personeel en bedden zijn nodig als er verder opgeschaald wordt op de COVID-19-unit en wat betekent voor de gewone (non-COVID-19 )?’ en ‘Hoeveel complexe OK’s kunnen doorgaan bij minder vrije IC-bedden en hoe plannen we dat optimaal?’ Dit helpt om knelpunten te signaleren en, indien mogelijk, vroegtijdig op te lossen.

Kritisch
De basis voor het raamwerk werd gelegd door de afdeling capaciteitsmanagement van het Dijklander Ziekenhuis, die hierbij ook de landelijke data van de eerste coronagolf meenamen. Vervolgens keken de leden van het medische continuïteitsteam inhoudelijk mee, zo ook chirurg Marc Govaert. ‘Ik ben best kritisch ten aanzien van dit soort modellen. Uiteindelijk gaat het erom welke data en algoritmes zijn ingebouwd en daar is altijd wel iets over te zeggen. Maar ik denk dat we er als team goed samen over hebben nagedacht. Het raamwerk dat er nu staat, is echt een baken waarop we kunnen sturen.”

Vooruit kijken
Om goed voorbereid te zijn op een eventuele tweede golf is het capaciteitsraamwerk doorontwikkeld. Aan de hand van verschillende scenario’s kan precies worden voorspeld wanneer waar schaarste ontstaat, bijvoorbeeld aan personeel, bedden, apparatuur. Daardoor is het mogelijk vooruit te kijken, af te wegen en op basis daarvan te handelen. Zo is bijvoorbeeld het opleidingsplan bijgesteld op basis van de berekende behoefte aan IC-verpleegkundigen en ander zorgpersoneel.